Schil de zoete aardappel en de kruimige aardappel. Snijd in stukken van gelijke grootte. Kook ze samen in ruim water met een snuf zout in 20 minuten gaar. Giet af, maar vang wat kookvocht op.

Was de paksoi. Snijd het witte deel in dunne reepjes en het bladgroen grof. Kook het witte deel de laatste 2 minuten mee met de aardappels. Het groene blad gaat er pas bij tijdens het stampen.

Stamp de aardappels met een scheut kookvocht tot een smeuïge stamppot. Roer het groene blad van de paksoi erdoor en laat dit kort slinken. Voeg daarna de maïs toe. Breng op smaak met peper en weinig zout. In de amandelboter zit al veel zout.

Smelt de boter in een steelpan en roer de gehakte gerookte amandelen erdoor. Laat kort bruisen zodat de smaak vrijkomt, leng aan met een kopje water om te vermeerderen en zoutinname te beperken.

Schep de stamppot op een schaal of in diepe borden. Lepel de warme amandel-boter eroverheen als garnituur.